Opmerkingen
Op het schilderij is het verhaal van de Heilige Achatius en de 10.000 martelaren afgebeeld. Deze legende verhaalt over de Romeinse legeraanvoerder Achatius van Ararat (+ ca. 120/140), ook wel Agathius of Akakios genoemd, en zijn 9000 soldaten. Zij vochten onder keizer Hadrianus en leken een strijd te gaan verliezen. Plotseling verscheen een engel die een overwinning in het vooruitzicht stelde, mits zij zich zouden bekeren tot het Christendom. Dit deden zij, tot grote woede van de heidense Hadrianus. Hij besloot de soldaten en hun legeraanvoerder te martelen met doorntakken en ze vervolgens te laten kruisigen op de berg Ararat. Ondanks deze martelingen besloten nog 1000 andere soldaten zich te bekeren en zodoende werden Achatius en uiteindelijk 10.000 soldaten gemarteld en gedood.
De voorstelling is geschilderd op een houten paneel dat is samengesteld uit twee verticale planken. Bij bestudering van het schilderij valt op hoe dun de schilder zijn verf heeft aangebracht. De verticale nerfrichting van de planken is door de schildering heen te zien. De groene achtergrond was oorspronkelijk helder blauw. De kunstenaar gebruikte voor deze kleur het goedkope smalt, een pigment dat na verloop van tijd sterk verkleurt. De cirkel voor de aureool rond de duif heeft de schilder gemaakt met een spijker en een touwtje als zijnde passer. Het gaatje van de spijker en de oorspronkelijke lijn van de cirkel, die de schilder uiteindelijk kleiner heeft gemaakt, zijn nog goed zichtbaar.
Zeer waarschijnlijk is er een opzet geweest voor de plaatsing van de figuren, aangezien niet alle takken doorlopen (de ondertekening is met het blote oog niet te zien). De linkerarm van de linkerfiguur was eerst smaller en liep achter de tak langs. De schilder besloot toch dat de doorntak door de arm van de figuur moest steken en dus schilderde hij de arm over de tak. Door het transparant worden van de verflagen is dit nu duidelijk waarneembaar. De figuren, boom en banderollen zijn uitgespaard in de oorspronkelijk blauwe achtergrondkleur, wat inhoudt dat de kunstenaar ze voor het schilderen al een plek had toebedeeld. Waar de kunstenaar heeft afgeweken van zijn eerste opzet schijnt de blauwe achtergrond door de ledematen heen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het rechterbeen van de midden- en rechterfiguur. Deze hebben een andere houding gekregen dan de schilder in eerste instantie van plan was.
Hoewel Achatius, die voornamelijk tegen hoofdpijn werd aangeroepen, regelmatig als één van de veertien noodhelpers werd afgebeeld, komt hij zelden als een op zichzelf staande martelaar voor in de beeldende kunst. In Europa, voornamelijk in Duitsland, zijn slechts enkele handschriften, houtsneden, gebeeldhouwde altaarstukken en schilderijen (bijv. Albrecht Dürer, 10.000 martelaren, 1508, Kunsthistorisches Museum, Wenen) bekend met de legende van Achatius als onderwerp. Nederlandse voorbeelden zijn er sporadisch. Zo bevinden zich muurschilderingen met de 10.000 martelaren in de dorpskerk te Bathmen en in de Dominicaner kerk in Maastricht, waar tegenwoordig boekhandel Selexyz is gevestigd.
Het schilderij roept veel vragen op waarvan een groot aantal onbeantwoord blijven. Toch zijn er enkele aanknopingspunten. Zo biedt de tekst op het schilderij, een zogenaamd chronogram, een verwijzing naar de ontstaansdatum. Op de banderol boven de boom zijn een aantal letters rood uitgelicht. De som van deze letters, gelezen als Romeinse cijfers, brengt ons tot het jaar 1551. Wat de andere rode letters, te weten i c p a o, betekenen is niet bekend. Het zouden de initialen (i c) van de schilder kunnen zijn, gevolgd door p a o voor pinxit anno opus (Latijn voor ‘geschilderd in het jaar’). Een dergelijke Latijnse formule werd immers vaker gebruikt. De letters i c zouden ook ‘ik’ kunnen betekenen, hoewel de combinatie van Middelnederlands en Latijn ongewoon lijkt.
De Middelnederlandse tekst op het schilderij doet vermoeden dat het werk in de Nederlanden werd vervaardigd. De woorden ‘duust’ en ‘hu’ op de banderol werden veel in het Vlaamse dialect gebruikt, maar kwamen ook wel voor in Limburg en Brabant. De inscriptie wijst dus in de richting van de Zuidelijke Nederlanden. Het thema en de enigszins provinciale schilderstijl doen echter Oost-Nederlands aan.
Over de vervaardiger van het schilderij is niets bekend en van de afgebeelde opdrachtgever weten we weinig. De tekst op de banderol: ‘verlicht ons door uw innig en beproefd gebed’ doet vermoeden dat het om een devotie- of memoriestuk gaat. Ook de gebedshouding van de afgebeelde opdrachtgever wijst in deze richting. In de boom hangt een schild met daarop een merkteken, vermoedelijk het huismerk van de opdrachtgever. Huismerken werden veelal door ambachtslieden gebruikt om hun eigendommen te markeren. Aangezien het niet-adellijke families verboden was om een wapen te voeren, waren huismerken een alternatief voor familiewapens. Op dit exemplaar wordt het merkteken vergezeld door een j, b en a, mogelijk de initialen van de vereeuwigde persoon. De omgekeerde 4 in het huismerk werd veel, maar niet alleen, door handelaren gebruikt. Doordat huismerken veelvuldig werden gebruikt en bovendien erg op elkaar lijken, is het vooralsnog onmogelijk om het te identificeren.
Literatuur m.b.t. tot deze tekst:
- Claes, J., Vincke, K., Sanctus. Meer dan 500 heiligen kennen, 2002, p.62.
- Claes, J., Claes, A., Vincke, K., Geneesheiligen in de lage landen, 2005.
- Klein Wassink, B., De kerk te Bathmen en haar muurschilderingen, 1934.
- Künstle, K., Ikonographie der Heiligen, 1926, pp. 25-27.
- Meritt, H.S., ‘The legend of St. Achatius: Bachiacca, Perino, Pontormo’. In: The
Art Bulletin 45 (sep. 1963), pp. 258-263.
- Réau, L., Iconographie de l’art chrétien, 1958, dl. 3, pp.13-15.
- Westerbeek, W., ‘De dorpskerk van Bathmen’. In: Bulletin Stichting Bedehuizen
Overijssel en Flevoland 37 (nov. 2007), pp. 2-53.